
Uit het hout van een pijnboom maakte de Italiaanse timmerman Geppetto een speelgoedpop, die vervolgens door een fee tot leven werd gewekt. Het houten jongetje heette Pinokkio en kreeg als grootste wens een echt mensenjongetje te worden. In onze mensenogen is dat een volkomen logisch verlangen. Want ben je van hout gemaakt, en niet van vlees, botten en huid, dan ben je een halffabrikaat. Dan ben je iemand die door mensenhanden is geschapen in plaats van door God, zoals wijzelf.
Een vergelijkbare gedachte moet Jake hebben gehad, de vader in de speelfilm After Yang. Deze film van de Aziatisch-Amerikaanse regisseur Kogonada is gebaseerd op een kort verhaal van de Amerikaanse schrijver Alexander Weinstein, die zich heeft toegelegd op zogenaamde ‘speculatieve fictie’. Dat is een wat dure naam voor literaire science-fiction. Het verhaal van After Yang speelt zich af in een onbestemde toekomst, een toekomst waarin het gewoonte is geworden dat mensen een ‘techno-sapiens’ in huis hebben. Dit is een ‘android’, een technologische mens. Je kunt hem aanschaffen bij een bedrijf, met een paar jaar garantie.
Jake en zijn vrouw hebben Yang gekocht nadat ze een Chinees kindje hebben geadopteerd. Yang zelf is ook als Chinees gemaakt, en kan haar grote broer zijn die haar in contact houdt met haar culturele achtergrond. Hij kan haar Chinese woordjes en wetenswaardigheden leren.
Aan het begin van de film krijgt Yang een storing. Het meisje is ontroostbaar. Yang is altijd een beminnelijke aanwezigheid geweest in het huishouden. Als zij ’s nachts wakker werd, hoefde ze hem maar fluisterend bij zijn koosnaampje te noemen en hij hoorde haar. Dan gingen ze samen een glaasje water halen bij de waterkoeler in de woonkamer.
Maar Yang is niet makkelijk te repareren. Garantie hebben ze niet, want hij is ‘refurbished’ en tweedehands gekocht via een tussenbedrijf. Via via leert Jake toch iemand met een werkplek kennen die het erop wil wagen om de zo geliefde techno-sapiens open te breken en te repareren.
Wat dan volgt in de film is een voorzichtige reflectie op wat het betekent om mens te zijn. En dan komt het: als Jake aan iemand die Yang gekend heeft en zelf een kloon is, vraagt of Yang een echt mens wilde zijn, dan is het antwoord: dat is een typisch menselijke vraag. Want waarom zou iemand een mens willen zijn? Alsof het zo leuk is om mens te zijn.
Baf! Die repliek moet Jake incasseren. Want inderdaad, zijn eigen leven is geen reclamepraatje voor het zijn van een mens. Hij sleept zich door het leven, door zijn schemerige, uiterst gestileerde huis. Hij verkoopt thee in een allesbehalve gezellige betonnen ruimte waar nooit een klant komt. Hij praat weifelend, mompelend, zoekend naar vergeefse woorden.
Kenmerkend voor het leven dat wij als mensen leiden, is dat we juist rijkdom (moeten) halen uit de ellende, uit de tegenslag. Jake moet via de omweg van Yangs mankement leren dat hijzelf is vastgelopen in zijn leven. Yang had via zijn computergeheugen vol Chinese wetenswaardigheden al eens gedebiteerd wat de oude wijsgeer Lao Tzu zei: wat voor de rups het einde is, is voor een ander een vlinder. Een einde is ook een begin.
Dat komt eveneens naar voren in de documentaire Het kruis van Tegelen, door filmmaker Hans Heijnen. Al sinds begin twintigste eeuw wordt in het Limburgse dorp Tegelen elke vijf jaar het lijdensverhaal van Jezus opgevoerd. Elke keer wordt opnieuw geput uit dit geloofsverhaal over opoffering, vertrouwen en Gods betrokkenheid bij de wereld.
Heijnen volgt verschillende markante figuren die nauw betrokken zijn bij de opvoering van de Passiespelen in Tegelen, zoals de getalenteerde acteurveteraan Geert die ooit zelfs de rol van Jezus zou spelen maar dat niet aandurfde vanwege zijn lastige positie in de katholieke kerk als homoseksueel. Wel speelde hij in de laatste editie van Jozef van Arimathea de rijke man die zijn eigen rotsgraf aanbiedt voor de overleden Jezus. Geert spiegelt dit element van naastenliefde met zijn werk in een hospice, waar hij de hand wil reiken aan mensen die niet lang meer zullen leven.
Roerend is het verhaal van Abbie Chalgoum, die in 2015 de rol van Jezus speelde en het lijden van Christus tot zijn eigen lijden maakte. Beelden van de opvoering van toen tonen hem zwalkend onder het gewicht van het kruis dat hij naar Golgotha torst, terwijl hij vertelt hoe hij zelf in die tijd aan een depressie leed maar zijn rol geen moment wilde opgeven.
Alsof het zo leuk is om mens te zijn, zei de kloon dus tegen Jake in de speelfilm After Yang. Nee, soms inderdaad niet. Maar als mensen blijven we tot de klippen op proberen de tegenslagen in ons leven de baas te worden. Een verpersoonlijking hiervan is Rahim Soltani, de geplaagde hoofdpersoon in de nieuwe speelfilm A Hero van de Iraanse regisseur Asghar Farhadi, die in 2011 zo ongelooflijk veel succes had met zijn speelfilm A Separation. Die film speelde zich destijds af in de Iraanse hoofdstad Teheran. Zijn nieuwste film heeft als locatie de stad Shiraz meer in het zuiden van het land. In deze stad leeft Rahim Soltani, die tot de gevangenis is veroordeeld omdat hij een geldschuld niet kan afbetalen.
De vrouw met wie hij wil gaan trouwen, heeft een handtas gevonden met goudstukken erin. Tijdens zijn twee dagen verlof wil hij met haar het goud verkopen, zodat hij een deel van zijn schuld kan aflossen, de gevangenis kan verlaten en de resterende geldsom kan afbetalen door zo snel mogelijk een baan te vinden – onverschillig wat voor werk hij moet doen.
De film A Hero doet denken aan die Italiaanse klassieker Fietsendieven uit 1948 van regisseur Vittoria de Sica. In die film ondergaat een vader talloze vernederingen in zijn verwoede pogingen om zich aan zijn armoede te ontworstelen – alles gadegeslagen door de ogen van zijn zoontje.
De film van regisseur Asghar Farhadi is een knappe morele vertelling, gemaakt in het hart van de Iraanse samenleving, waarin het lange tijd lijkt alsof hoofdpersoon Rahim Soltani zich aan zijn miserabele lot weet te ontworstelen. De liefde voor hem van zijn verloofde, zijn zus, zijn zwager en zijn zoontje is hartveroverend, maar ook hartverscheurend als ze moeten toezien hoe hij steeds verder verward raakt in bureaucratie, in verstikkend geroddel en erecodes. Het is moeilijk voor een Nederlander om zich voor te stellen hoe noodzakelijk het is voor je overleven in een land als Iran, dat je eeuwig nederig blijft en geduldig buigt voor de wil van autoriteiten.
Bij regisseur Asghar Farhadi zien we niet de mogelijkheid dat uit het lijden van Soltani iets moois en nieuws geboren kan worden. Alsof ook filmmaker Farhadi wil zeggen: waarom zou iemand een mens willen zijn? Alsof dat zo leuk is. Hij biedt niet de verlossing die tot onze opluchting wel altijd zit in een Amerikaanse speelfilm, zoals dit keer in After Yang, en natuurlijk in het Bijbelse lijdensverhaal van Jezus Christus dat we zelfs het ‘evangelie’, de blijde boodschap, zijn gaan noemen.
Tegelijkertijd is het waarachtig dat Farhadi zijn speelfilm eindigt zónder de verlossing waarnaar wij verlangen. Want zo is het menselijk leven zelf: meestal weten we niet hoe de dingen zullen aflopen. We leven in onzekerheid, in het midden van de worsteling. We zijn nog onwetend van de betekenis die we ooit kunnen geven aan de moeilijkheden die ons nu in de weg liggen. Achteraf is het leven overzichtelijk. Achteraf lijkt het alsof het niet anders had gekund. Maar dat inzicht, dat komt pas later.
A Hero en After Yang zijn vanaf 14 april in de bioscoop.
Heeft u interessante nieuwstips of verhalen te delen over religie, zingeving en samenleving?
Maak kennis met VOLZIN magazine. Digitale abonnementen zijn er al vanaf €1,99 per week.