Ik had bedacht dat ik geen terugblik wilde schrijven. Zo cliché. Maar clichés zijn niet voor niets clichés, schreef ik al eens in een eerdere column. Zes jaar geleden fladderde ik, schreef ik. En dat ik Boudewijn de Groot nooit had begrepen. Het was 2014 en de wereld was helderder, lente-achtiger. Mensen waren aardiger voor elkaar. Of ik naïever? Als ik het nieuws teruglees, zie ik dat het het jaar van MH17 was. Boko Haram, IS, Ebola, rellen in Ferguson. Goddank nog geen Baudet, dat niet. Maar verder weinig nieuws onder de zon.
De wereld lag aan mijn voeten. Ik studeerde nog en kon alles worden wat ik wilde. Ik werd programmeur. Althans, dat zeg ik maar als ik mijn beroep moet noemen. In de praktijk ben ik vooral begeleider-van-nieuwe-klanten-bij-de-overgang-naar-onze-software, maar dat klinkt niet zo lekker.
Heb ik mijn dromen verloochend? Soms denk ik van wel. Als ik andere wegen had gekozen was ik misschien al een gevierd schrijver geweest. Of media-dominee, je weet het niet. En als ik ooit nog zoiets wil worden, zal ik nu die andere wegen moeten kiezen. De deuren die zes jaar geleden allemaal nog wijd open stonden, beginnen zich vanaf je dertigste plots in rap tempo te sluiten. Torschlußpanik. Prachtig woord. Ook vast al eens iets over geschreven.
Heb ik mijn dromen verloochend? Soms denk ik van wel. Als ik andere wegen had gekozen was ik misschien al een gevierd schrijver geweest
jeroen fierens
Nee, ik droom nog steeds. Kleinere dromen misschien. Kleiner? Alsof alleen dromen over werk grote dromen mogen heten. Grote dromer ben je dan.
Ik droom nog steeds. Van het niet hoeven nastreven van wat naar arbitraire doch algemeen geaccepteerde maatstaven als succes wordt gezien. Ik droom van in m’n vrije uren zinnen schrijven die door niemand goedgekeurd hoeven te worden. Ik droom van een baan waarin ik kan nadenken over wat handig is, want daar word ik enthousiast van. Ik droom van mezelf niet ‘in de markt’ te hoeven zetten om te kunnen eten, van om vijf uur m’n werk op kantoor kunnen achterlaten, van zeeën van vrije tijd om te lezen, films te kijken, of naar het plafond te staren met m’n geliefde. Van een warm thuis, een gezin misschien. Van biertjes in de zon.
En ik leef mijn droom.