Tijdens onze kampeervakantie in Frankrijk kregen we twee keer te maken met een donderbui van apocalyptische proporties. In beide gevallen hebben we aan het frame van onze tent gehangen om te voorkomen dat onze tijdelijke woning naar de gallemiezen geblazen werd. Toen we ook nog een urenlange stortbui meemaakten en het water langs ons kuipzeil gutste, gingen onze gedachten uit naar mensen die nog niet zo heel lang geleden getroffen werden door allesverwoestende watermassa’s. Hoe beangstigend moet het zijn als niet je vakantiegenot in het geding is, maar je hele hebben en houwen - je léven - op het spel staat?

Lang hebben we ons in het rijke Westen min of meer onaantastbaar geacht. Natuurrampen vonden elders plaats, waar ze hun zaakjes nu eenmaal niet zo goed voor elkaar hebben. De watersnoodramp van 1953 was een uitzondering en het gevaar van herhaling is allang bezworen door de Deltawerken. Wij zitten goed hier!

Dat het vooral de armen van onze wereld zijn die het gelag betalen van de Westers-christelijke aanspraken op wat de aarde geven kan, vraagt op zichzelf al om reflectie en gewetensonderzoek, maar de pijn zit dieper

dirk van de glind

Tussen beide donderbuien door hoorden we van het klimaatrapport van de VN dat aan alle illusies “dat het allemaal wel meevalt” een einde maakt. Onze aarde ís aan het opwarmen en zonder drastische maatregelen zullen de gevolgen voor zowel mens, dier als planeet dramatisch zijn. Dat vraagt om een volwassen benadering en om het nemen van verantwoordelijkheid. En als gelovend mens kan en wil ik niet voorbijgaan aan de rol die mijn eigen, christelijke geloof in dit alles gespeeld heeft, spéélt en zou moeten spelen. Dat het vooral de armen van onze wereld zijn die het gelag betalen van de Westers-christelijke aanspraken op wat de aarde geven kan, vraagt op zichzelf al om reflectie en gewetensonderzoek, maar de pijn zit dieper.

Het welzijn van onze planeet heeft zelden prioriteit gehad in het christelijk geloof. Het ging om liefde voor God en liefde voor de naaste, niet om liefde voor de aarde. God had de wereld immers voor óns geschapen als een tijdelijke woonplaats en proeflokaal voordat het werkelijke leven in de hemel zou beginnen. De opdracht de aarde ‘te bewerken en bewaren’ heeft dan wel de notie van zorg en verantwoordelijkheid, maar in de praktijk kwam het toch vooral tot onderwerpen en overheersen. In klassieke geloofsbelijdenissen wordt niet gesproken over zorg voor onze aarde, wél over een nieuwe aarde waar God voor zorgen zal. En precies dáár zit een merkwaardig soort van gerustheid waaraan christelijk geloven voorbij moet, wil het zijn verantwoordelijkheid kunnen nemen.

Het welzijn van onze planeet heeft zelden prioriteit gehad in het christelijk geloof. Het ging om liefde voor God en liefde voor de naaste, niet om liefde voor de aarde. God had de wereld immers voor óns geschapen als een tijdelijke woonplaats en proeflokaal

dirk van de glind

In behoudende en evangelische kringen is deze wereldvreemde gerustheid duidelijk herkenbaar, maar ze sluimert in vrijwel iedere vorm van christelijk geloof. Vraag naar de kern van het christendom en je krijgt waarschijnlijk te horen dat wanneer wij in Jezus geloven, onze zonden vergeven worden zodat we na onze dood tóch naar de hemel mogen. Bovendien zal Hij terugkomen als het leven op aarde door rampen onmogelijk wordt. Je kunt dan ook zonder zorgen vele kinderen op de toch al overbevolkte aarde zetten – God zelf heeft dat ook nog eens nadrukkelijk opgedragen. Nou dan! ‘Wel ín de wereld, maar niet ván de wereld’ is het samenvattende adagium waarmee gelovigen eeuwenlang op een vervreemdend en gevaarlijk spoor zijn gezet. Wij menen bóven de natuur te staan, maar we zijn zelf natuur.

Volwassen geloof negeert deze waarheid niet langer, maar maakt haar tot basis van actief bijdragen aan een wereld waarop het leven ook in de toekomst gewaarborgd is. Alles wat we voor de aarde doen of laten is vanuit deze visie bovendien niet langer een offer, maar een blijmoedig gegeven geschenk waar we ook zelf beter van worden. Als we besluiten niet meer de hele wereld over te vliegen geeft dat als bonus extra rust en tijd. En misschien kunnen we onze tent voortaan wat dichter bij huis opzetten.

Dirk van de Glind was docent Levensbeschouwelijke Vorming. Hij schrijft en geeft lezingen over religie, cultuur, samenleving en zingeving. www.dirkvandeglind.nl.