We schrijven 1964. De Nederlandse autosnelwegen worden steeds drukker. Het aantal verkeersslachtoffers groeit onrustbarend. Knooppunt Oudenrijn bij Utrecht is nog een tweebaans rotonde met stoplichten, vier jaar later wordt daar het eerste Nederlandse ‘klaverblad’ in gebruik genomen. Op de rotonde van Oudenrijn wordt in 1955 de eerste file in Nederland genoteerd: er rijden op die mooie Pinksterdag liefst 50.000 auto’s op de snelwegen en duizenden komen vast te staan op de kruising van A2 en A12, waar het oost-westverkeer stuit op het noord-zuidverkeer. Kranten uit die dagen melden dat de meeste automobilisten er trots op waren dat ze in de file hadden gestaan, want Nederland was nu een modern land geworden. Maar beleidsmakers beginnen zich zorgen te maken, want het aantal auto’s groeit gestaag. Zou er iets aan de verkeersregels kunnen worden gedaan, om het probleem te verhelpen?