‘Dag Harry!” verwelkomt de groep de bonte verschijning die met dikke winterjas en driedubbele muts de kamer in komt gewandeld. De Iraakse jongen naast mij springt op om een kopje koffie voor hem in te schenken. “Heb je d’r two sugars in gedaan?” vraagt Harry. Dick begint intussen de bijeenkomst: “Ik wilde beginnen met een stuk uit de joodse en christelijke Heilige Schrift, over Kaïn en Abel. Het is een verhaal dat gaat over verantwoordelijkheid voor elkaar. En laten we het daar met Levinas nu net over hebben.”

We zijn met een groep van zo’n vijftien bezoekers van de Rotterdamse Pauluskerk bijeen voor het ‘Kerkcafé’, waarin de actuele thema’s worden besproken en in verband worden gebracht met heilige teksten. Er zijn een paar voornamelijk wat oudere Nederlanders, een groot deel bestaat uit migranten uit verschillende delen van de wereld. Ergens tussen hen in zit predikant-directeur Dick Couvée.

Het gelaat van de ander

“Kaïn en Abel hebben nooit bestaan,” vertelt Couvée, “de verhalen in Genesis zijn geen verhalen van toen, maar van nu; verhalen die gaan over jou en mij. Kaïn, dat betekent zoiets als: iemand die de dingen naar zich toehaalt. Op de achtergrond klinkt daarin mee: en daarbij geweld niet schuwt. Sommige hedendaagse leiders hebben wel iets van dat type. Abel betekent zoiets als ‘zuchtje’: als ik blaas is ‘ie weg. Twee broers; hoe verhouden die zich tot elkaar?” Wanneer Kaïn zijn broer heeft neergeslagen, legt Couvée uit: “Wat hier eigenlijk staat, is: Kaïn liet zijn aangezicht vallen. Pas toen hij zijn broer niet meer aankeek, kon hij hem neerslaan. Dus hij doet precies niet waar Levinas toe oproept; hij weigert het gelaat van de ander tot zich te laten spreken. En dan begint de ellende.”

Het gelaat van de ander tot je laten spreken. Het mensbeeld van de joodse filosoof Emmanuel Levinas is kenmerkend voor het werk van de Pauluskerk: iedereen is hier welkom

jeroen fierens

Het gelaat van de ander tot je laten spreken. Het mensbeeld van de joodse filosoof Emmanuel Levinas is kenmerkend voor het werk van de Pauluskerk: iedereen is hier welkom. Dat was al zo in de jaren ‘80, toen de kerk onder leiding van ds. Hans Visser een toevluchtsoord voor drugsverslaafden werd. En dat is anno 2019 nog steeds zo, hoewel er sindsdien veel is veranderd.

Toen Couvée in 2008 aantrad, was de Pauluskerk behoorlijk uitgekleed. De laagdrempelige verslavingszorg waar de kerk beroemd en berucht mee was geworden, was volledig onder de vleugels van de gemeente Rotterdam gekomen en de kerk  was tijdelijk ondergebracht in een kantoorgebouw omdat het oude kerkgebouw gesloopt moest worden. “Vanaf dat punt zijn we weer gaan bouwen, met veel energie, en met veel succes,” aldus Couvée.

Zelfredzaamheid

En dat was hard nodig: “Mede dankzij dominee Visser had de gemeente eindelijk haar verantwoordelijkheid genomen en is men in staat geweest de verslavingsproblematiek en dakloosheid in de stad enorm terug te dringen. Vervolgens heeft men echter ten onrechte geconcludeerd: het probleem is opgelost, nu kunnen we flink terugschakelen.” Sinds circa 2009 is de dakloosheid namelijk weer flink toegenomen. “Het CBS maakte onlangs nog bekend dat het aantal daklozen in Nederland tussen 2009 en 2018 is verdubbeld, het aantal jonge daklozen zelfs verdrievoudigd. Dat zien we zelf natuurlijk recht voor onze neus gebeuren, wij peilen dagelijks de temperatuur op de straat.”

Dick Couvé
Dick Couvé© Maarten Boersema

Die groei komt deels van de groep mensen die op straat belandt als gevolg van armoede en schulden. De kosten van levensonderhoud worden hoger, de werkzekerheid lager en er wordt harder opgetreden bij schulden. Onder deze groep valt ook de nieuwe groep die het SCP vorig jaar de ‘werkende arme’ noemde, die met flexbaantjes wat geld bij elkaar sprokkelt, maar niet genoeg om van te leven. “Voor steeds meer mensen wordt het moeilijk in het eigen levensonderhoud te voorzien. Zij vallen door de bodem van de samenleving en komen dan uiteindelijk bij ons terecht.”

Couvée wordt fel als het over dergelijke ontwikkelingen gaat. “De samenleving wordt gedomineerd door het idee dat je zelfredzaam moet zijn; als je niet meekomt, is dat je eigen schuld. Maar het wordt je wel steeds moeilijker gemaakt om mee te komen. Dat hebben we te danken aan het neoliberale denken. Vanuit het idee dat de overheid de vijand is, hebben bedrijven vrij baan gekregen en is vrijwel alles wat we aan sociaal vangnet hadden opgebouwd tot op het bot toe uitgekleed. Grote multinationals worden met open armen ontvangen, ze laten mensen als ‘flexwerkers’ werken voor een hongerloontje en maken gebruik van alles wat we als samenleving hebben opgebouwd – infrastructuur, kennis – zonder daar iets voor terug te geven.”

Kans om te leven

Ook bij mensen die op straat belanden als gevolg van psychiatrische problematiek zorgt het zelfredzaamheidsdenken voor grote problemen. “Als iemand met psychiatrische problemen – ‘verwarde personen’ noemen ze dat tegenwoordig – na een behandeling weer op straat staat, geven ze hem één pil mee – meer mag je niet meegeven – en een recept voor de rest. Van zo iemand wordt dus verwacht dat hij zelf een apotheek weet te vinden – ook nog een die hem wil helpen – en daarna ook zelf zijn medicijnen blijft innemen. Dat kun je gewoon niet van iemand in die toestand verwachten.”

Maar doen leven kan evengoed betekenen: iemand op de bus zetten naar zijn land van oorsprong

jeroen fierens

Michael, een van de bezoekers, vertelt tijdens het kerkcafé hoe hij dit aan den lijve heeft ondervonden: “In de psychiatrie krijgen we tegenwoordig cursussen ‘herstellen kun je zelf’. Genezen kan niet meer, krijgen we daar te horen, hooguit herstellen. Na een paar bijeenkomsten word je weer op straat gezet en moet je het zelf maar zien te redden. Steeds meer mensen hebben psychische zorg nodig, blijkbaar wordt er een last op hen gelegd die ze niet meer kunnen dragen. Maar als je dan hulp nodig hebt, moet je het allemaal maar zelf uitzoeken. Mensen worden op die manier misschien niet letterlijk doodgemaakt, maar ze krijgen ook geen kans om te leven.”

Dat brengt ons terug bij Genesis 4: Pas toen hij zijn broer niet meer aankeek, kon hij hem neerslaan. Dat doden moeten we niet alleen letterlijk zien, legt Couvée de bezoekers van het kerkcafé uit. “Je kunt iemand letterlijk doden door een kogel door zijn hoofd te jagen, maar je kunt iemand ook doden door hem of haar links te laten liggen, aan zijn lot over te laten.”

Pauluskerk
Ondanks de soms trieste verhalen is er in de Pauluskerk volop vrolijkheid© Maarten Boersema

Doe leven. Dat is misschien hoe je het werk van de Pauluskerk het best kunt omschrijven. Wat dat inhoudt verschilt sterk per persoon en situatie. Een groot deel van het werk van de Pauluskerk bestaat uit hulpverlening. Mensen die geen toegang hebben tot gezondheidszorg kunnen terecht op het medisch spreekuur. Verder zijn er een maatschappelijk spreekuur, juridisch spreekuur en vluchtelingenspreekuur. De kerk heeft ook vierentwintig slaapplaatsen waar mensen zonder geldige verblijfspapieren tijdelijk kunnen verblijven.

Maar doen leven kan evengoed betekenen: iemand op de bus zetten naar zijn land van oorsprong. “De laatste jaren zien we een enorme toename in het aantal Midden- en Oost-Europeanen,” vertelt Couvée. “Zij krijgen hier een tijdelijk contract met huisvesting aangeboden en belanden zodra het contract is afgelopen op straat. De gemeente biedt geen opvang of hulp voor deze mensen. Zij melden zich bij de Pauluskerk met alcohol en tegenwoordig ook weer in toenemende mate met drugs op. Ze hebben hier geen familie en geen toekomst. Als ze blijven, zakken ze alleen maar verder weg. Het beste wat we dan kunnen doen is een buskaartje voor ze kopen en ze op de bus terug naar huis zetten.”

Buurthuis

Ondanks de soms trieste verhalen is er in de Pauluskerk ook meer dan genoeg vrolijkheid te vinden. Wie de Pauluskerk binnenloopt, waant zich eerder in een buurthuis dan een kerk, de lunchroom is gezellig vol, mensen van de meest uiteenlopende komaf hangen met elkaar aan de tafeltjes in de lunchroom. Iemand roept iets over Feyenoord en wordt vanaf de andere kant van de ruimte beantwoord met ‘S-P, A-R, T-A!’.

Een belangrijk deel van het werk van de Pauluskerk bestaat uit het samen met bezoekers zoeken naar een zinvolle vulling voor de soms lege dagen van de bezoekers. Sommigen verblijven al jaren illegaal in de stad en kunnen door hun status niet aan werk komen. Zij kunnen aan de slag in de keuken of bediening van de lunchroom die dagelijks geopend is, in de fietswerkplaats of in de tweedehandskledingwinkel. Ook zijn er talloze culturele en educatieve activiteiten, uiteenlopend van muziek- en taallessen tot een naaiatelier. De lijst is bijna eindeloos. “Dat is wat de Pauluskerk uniek maakt,” meent Couvée. “Er zijn talloze instanties waar je met specifieke vragen of behoeften naartoe kunt, maar in de Pauluskerk vind je alles bij elkaar.”

Pauluskerk
De Pauluskerk lijkt meer op een buurthuis dan op een kerk. © Maarten Boersema

Naast directe hulp aan wie dat nodig heeft, ziet de Pauluskerk het ook als haar rol om ‘de stemlozen een stem te geven’. Daarvoor werd bijvoorbeeld op 16 september een Tweede Rotterdamse Daklozendag georganiseerd met als thema #hierslaapik. Ex-dakloze Patrick van der Jagt presenteerde een fotoserie van zijn voormalige slaapplekken en om aandacht te trekken voor het probleem van dakloosheid was voor het Centraal Station een bed neergezet waar bezoeker Jos in lag te slapen. Zijn vriend Erik moet lachen als hij eraan terugdenkt: “Daar was ‘ie goed in hoor, een echte acteur!”

Pauluskerk

“Overwin het kwade door het goede,” staat in enorme letters op het balkon in de Rotterdamse Pauluskerk te lezen: een duidelijke opdracht die de kerk zich vanaf het begin ter harte heeft genomen. De kerk werd in de jaren ‘80 onder leiding van ds. Hans Visser beroemd en berucht met de zorg aan drugsverslaafden onder de noemer Perron Nul.

In 2008 nam ds. Dick Couvée het stokje over en vanaf 2013 vormt een nieuw modern gebouw aan de Mauritskade de nieuwe thuisbasis voor het centrum. De opvang van drugsverslaafden is inmiddels door de gemeente Rotterdam overgenomen, maar de kerk is er nog altijd in het bijzonder voor degenen die door de mazen van de samenleving vallen.

De deuren van de Pauluskerk zijn de hele week van negen uur ‘s ochtends tot negen uur ‘s avonds open voor iedereen die er binnen wil komen. Er is hulpverlening voor wie dat nodig heeft, van juridisch advies tot medische zorg voor wie niet bij de reguliere zorg terecht kan.

Daarnaast is er een uitgebreid programma vol educatieve en culturele activiteiten; van taal- en muzieklessen tot een kunstatelier. Ook biedt de kerk ondersteuning bij het vinden van opleiding, werk of dagbesteding. Dit gebeurt zowel intern – bij de fietswerkplaats of de lunchroom – als extern bij sportclubs, bedrijven en onderwijsinstellingen in Rotterdam.

Meer informatie op: www.pauluskerkrotterdam.nl